Coronagebeuren
Onze taal is beter in staat om zich aan te passen aan veranderde omstandigheden dan wijzelf dat kunnen. Dat bleek afgelopen weekeinde maar weer eens. Terwijl krant en televisie met begrippen als crisis, strijd, wapens, hamsteren, zwarthandel, doden en slachtoffers bol staan van oorlogsjargon, ging het niet-denkende deel van de natie nog even gezellig gezamenlijk de hort op. De afgelopen week heb ik een lijstje bijgehouden van nieuwe samengestelde woorden, die hun ontstaan danken aan COVID-19. De teller staat momenteel op 48, want ook het woord corona verspreidt zich razendsnel.
Twee weken geleden was ik me er niet van bewust dat ik in het pre-coronatijdperk leefde, maar overspoeld door het vele coronanieuws, en angstig gemaakt door coronanepnieuws, zit ik nu met veel coronavragen. Natuurlijk houd ik me aan alle coronamaatregelen en probeer ik de coronapreventieadviezen op te volgen, maar ik voel de coronaspanning oplopen. Enige coronastress voel ik wel, maar ik probeer coronapaniek nog even buiten de deur te houden.
Neil Diamond’s coronaversie van Sweet Caroline hielp daarbij goed: Hands washing hands, reaching out, don’t touch me, I won’t touch you … Het was de eerste keer sinds het overlijden van mijn zus dat ik weer met een glimlach naar dit lied kon luisteren.
Ook op politiek gebied gebeurt er veel. In het coronatijdperk kan zelfs België niet zonder kabinet, zodat onze zuiderburen nu een coronaregering hebben. Er is geen tijd voor politiek langs lijnen van regering tegenover oppositie, wat in Nederland tot uiting kwam tot het benoemen van een minister, die het huidige regeerakkoord niet volledig kan onderschrijven omdat zijn partij niet bij de onderhandelingen hierover betrokken was. Een fraai staaltje coronapolitiek.
Op 17 maart 2021 zijn er weer Tweede Kamerverkiezingen en ik vraag me af of we van de huidige situatie iets gaan leren. Regelmatig komen er hoopgevende staaltjes van post-coronadenken voorbij en nu we in termen van vitale en cruciale beroepen spreken, moet dat toch een verandering in gang kunnen zetten. Niet bij applaus alleen, zou ik zo denken.
Misschien dat ze zichzelf in hun eigen zeepbel, met voor zich meters beeldscherm vol cijfers en grafieken, wel een cruciale rol toedichten, maar ik krijg een steeds grotere hekel aan beurshandelaren. Sinds het begin van de coronacrisis vraag ik me af waarom de beurzen wereldwijd niet gewoon twee maanden kunnen sluiten, om verlost te zijn van financiële lijkenpikkers. Kunnen we flitshandelaren niet met pek en veren Beursplein 5 uitdragen?
Aandelenbeurzen zijn verworden tot een pervers systeem, dat productieketens oproept die ervoor gezorgd hebben dat er nu een tekort aan mondkapjes is. Laten we afscheid nemen van de 24 uurseconomie en teruggaan naar het ritme van dag en nacht, van eb en vloed, van seizoenen en jaargetijden. Ik hoef geen aardbeien in de winter.
Mijn jongste dochter werkt op de IC en ze vertelde me dat het hard werken is onder moeilijke omstandigheden. Maar ze zei er ook bij dat het een verademing is om te kunnen werken op basis van gedeelde professionele verantwoordelijkheid, eventjes los van verstikkende regelgeving en eindeloze rapportages. Mijn respect voor alle werkers in de zorg stijgt met de dag.
In de vijfendertig jaar dat ik leraar was heb ik het onderwijssysteem dichtgetimmerd zien raken, en individuele creativiteit raakte verlamd in eindeloze vergaderingen en werd gevangen in dikke mappen met studiewijzers. Ik vind het heerlijk om te zien hoe al die gemotiveerde leerkrachten binnen een week hun vindingrijkheid weer opgepakt hebben en met coronacreativiteit zorgen voor thuisonderwijs. En er is toch niets mis met zo’n coronadiploma?
Na de Tweede Wereldoorlog vond een aantal Nederlanders dat het tijd was om een einde te maken aan de verzuiling. De diverse levensbeschouwelijke stromingen waren tijdens de oorlog dichter tot elkaar gekomen en dat zou toch tot politieke vernieuwing moeten kunnen leiden. Maar met het wegvallen van de gemeenschappelijke vijand was het snel gedaan met de doorbraakgedachte, en bij de Kamerverkiezingen van mei 1946 verliep het stemmen grotendeels weer volgens de bekende vooroorlogse patronen.
Ik ben benieuwd of onze huidige gevoelens van kwetsbaarheid volgend jaar een coronagerelateerde verkiezingsuitslag gaan geven en tot welke veranderingen dit gaat leiden. Aan mij zal het niet liggen.