#WOT 16: Serendipiteit

06. Krommedijk

     0

Over mijn studiekeuze zei mijn vader dat het louter vermaak was, maar misschien bedoelde hij vooral de manier waarop ik studeerde. Blijkbaar waren mijn broers heel andere studenten, of misschien nodigden studierichtingen als rechten en farmacie minder uit tot oppervlakkig en eigentijds vermaak dan een studie geschiedenis. Want mijzelf vermaken heb ik altijd goed gekund, en toen de deuren van de middelbare school zich eindelijk achter mij sloten, ging er een wereld voor mij open en begon een zeven jaar durende ontdekkingsreis.

Mijn moeder heb ik weinig gehoord over mijn studie, zij meldde zich pas toen ik terugkeerde in het maatschappelijk bestel en besloot leraar te worden. Pas veel later realiseerde ik mij, dat ik in deze keuze geleden moet hebben aan het Stockholmsyndroom, want waarom ging ik terug naar het instituut dat mij jarenlang gegijzeld had? Was ik vergeten met hoeveel tegenzin ik iedere dag weer in de trein zat, dat ik mij aan het begin van ieder schooljaar bijna wanhopig afvroeg hoe het ooit weer juni moest worden? Was het de invloed van mijn lerares Grieks, die na twee lessen Homerus tegen me zei dat ik de dactylische hexameters, gebaseerd op de lengte van de lettergrepen, nu al beter las dan mijn broer, die drie klassen hoger zat? Want dat ik iets beter kon dan hij, dat had nog nooit iemand tegen me gezegd en ik bewaarde het in mijn hart.

Kun je orde houden? was de eerste vraag van mijn moeder over mijn nieuwe beroep, en ik vertelde haar niet dat dit aanvankelijk behoorlijk tegenviel. Mijn eerste baan was in het verre Goes, waar ik inviel voor een ervaren collega die een hartaanval had gehad. Speciaal voor mij spraken de leerlingen hun mooiste dialect, en ik verstond er maar weinig van. Hup Goes klonk als Gup Hoes, en het werd pas wat beter toen ik in een mengeling van wanhoop en gevatheid mijn leerlingen vroeg, of ze eerst de ondertiteling wilden aanzetten, voordat ze mij antwoord gaven. Blijkbaar was hiermee het ijs enigszins gebroken en wist ik mij staande te houden. Gelukkig kon ik na een half jaar op een andere school beginnen en de lessen van mijn vuurdoop meenemen.

Wanneer word je directeur? was de tweede en laatste vraag van mijn moeder, en het antwoord op deze vraag moest ik haar schuldig blijven. Ik had kunnen antwoorden dat ik al coördinator van het tweede leerjaar van de meao was, maar had toch nog voldoende realiteitszin om te beseffen dat dit maar weinig voorstelde. Iedere collega met een beetje ambitie was wel ergens coördinator van. Een paar taakuren, dat was alles. Het was nog een lange weg naar het gouden laantje, maar ook dat antwoordde ik niet en ik trotseerde de meewarige blik in de ogen van mijn moeder.


Serendipiteit ~ Serendipiteit is het vinden van iets onverwachts en bruikbaars terwijl je op zoek bent naar iets totaal anders.


Na een jaar of vijf had ik mijn draai aardig gevonden. Hoewel ik niet de indruk had dat mijn collega’s hun werk niet goed deden, moest het mbo toch drastisch vernieuwd worden. Blijkbaar functioneerden wij slecht. Leerlingen moesten beter voorbereid worden op hun beroep en de school moest beter aansluiten op het bedrijfsleven. Er kwam schaalvergroting, lumpsum-financiering en vooral een scholingsbudget voor docenten.

Waar bedreigingen zijn, zijn ook kansen en ik rook er één. Een grotere organisatie heeft natuurlijk meer managers nodig en ik schreef me in voor een cursus Schoolorganisatie en management. De opleiding beloofde mijn inzicht in de eigen schoolorganisatie te verscherpen en mijn vaardigheden, om daarin veranderingen aan te brengen, te vergroten. Op tien dinsdagmiddagen kwam ik met een aantal ambitieuze collega’s van andere scholen samen in een afgedankt kantoorpand, dat nu gehuurd werd door de Hogeschool Rotterdam & Omstreken. In een versleten ruimte werden ons de beginselen van onderwijsmanagement bijgebracht, maar het overtuigde mij niet.

Daarom knoopte ik er het schooljaar erop nog maar de vervolgcursus aan vast. Met het schrijven van beleidsnotities kon ik nog wel uit de voeten, maar met het vergaderen erover al wat minder. Bij het omgaan met weerstanden in veranderingsprocessen ging ik mij een steeds meer een overloper voelen, een matennaaier. Ik leerde dat ik als strategisch manager ten opzichte van mijn collega’s een stijl van leidinggeven moest gaan ontwikkelen, die totaal niet bij mij paste. En het meest teleurstellende was, dat er tijdens die twee cursusblokken nauwelijks een leerling voorbij gekomen was, hooguit eentje vermomd als deelnemer of als klant. Dit was niet waarom ik tien jaar geleden voor het onderwijs had gekozen. Nee, onderwijsmanager ging ik niet worden.

Achteraf is het volgen van deze doelloze cursussen één van mijn betere beslissingen geweest, want ik heb er vooral van geleerd dat het zinloos is idealen van anderen na te jagen. Ik dacht dat ik hogerop wilde, maar raakte ervan overtuigd dat ik liever leraar bleef en dat daar niets mis mee is. Sorry ma, ik ben geen directeur geworden, zelfs geen teamleider. Maar ik hield wel tijd over om mijzelf te vermaken. Twee jaar later maakte ik mijn eerste zeefdruk.

 

#WOT: betekent Write on Thursday. Iedere donderdag verschijnt er een woord waarover je iets kunt schrijven, vloggen of ploggen. Laat daar een link achter naar je eigen blog.

Print Friendly, PDF & Email

Post-navigatie:




Wat je niet wil missen:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

%d bloggers liken dit: