#WOT 37: Drommels
Signaalwoorden horen bij begrijpend lezen, omdat ze het verband kunnen aangeven tussen zinnen of alinea´s. Er zijn signaalwoorden die een tijd aangeven, een opsomming aankondigen, tegenstellingen markeren en overeenkomsten of vergelijkingen aangeven. Ze kunnen toelichten of een voorbeeld laten volgen en met evenveel gemak geven ze zowel oorzaak/gevolg als doel/middel aan. Ze gaan schaamteloos vooraf aan verklaringen of argumenten en stellen zonder blikken of blozen een voorwaarde. Voor samenvatten en concluderen draaien ze hun hand ook niet om.
Met andere woorden – en nu komt er zo´n conclusie – ze zijn voor een tekst wat een verbanddoos is voor een verkeersslachtoffer.
Televisiehelden hebben soms hun eigen signaalwoorden, in dit geval uitdrukkingen die ze te pas en te onpas gebruiken en min of meer hun handelsmerk zijn geworden. Sapperdeflap hoort bij Pipo de Clown zoals jabbadabbadoe bij Fred Flintstone hoort, en vice versa is het onmogelijk de baron uit Bassie en Adriaan hatsekidee te laten zeggen en Lowieke de Vos uit De Fabeltjeskrant drommels, drommels, drommels te horen mopperen.
Cultheld-avant-la-lettre Barend Servet mag in dit rijtje natuurlijk niet ontbreken. In zijn VPRO-televisieshow, die in de eerste helft van de jaren zeventig een gevaar geweest zou zijn voor de openbare orde en de goede zeden, introduceerde hij kreet pollens!, en deze bastaardvloek gebruikten wij nog jaren om onze frustraties kracht bij te zetten. Sjef van Oekel, begonnen als sidekick van Barend Servet en later de ster van zijn eigen Van Oekel’s Discohoek, eigende zich door zijn geheel eigen intonatie het woord reeds toe. Helemaal onvergetelijk is natuurlijk zijn uitspraak: Ik ben ook maar een eenvoudige boerenlul.
Stripfiguren kennen ook hun kwinkslagen. De markies uit de Tom Poes-verhalen van Marten Toonder heet voluit Querulijn Xaverius, Markies de Canteclaer van Barneveldt de Basse-Cour en wil maar al te graag weten dat hij, in tegenstelling tot Ollie B. Bommel, een echte heer van stand is. Met een lorgnet in zijn hand neemt hij zijn toevlucht tot de Franse taal om zijn afschuw te ventileren: fi donc! Zijn verbazing of minachting uit hij met parbleu of tiens, waarna hij verder gaat met het knippen van de haag.
Drommels = 1) uitroep 2) krachtterm 3) allemachtig 4) deksels 5) deuvekaters 6) verduiveld
En dan de muziek, want ook hierin zijn verbale hoogstandjes te vinden. Dong-dong-di-ki-di-gi-dong zongen de Golden Earrings in 1968, en deze fonetische benadering van de hartslag leverde de groep hun eerste nummer één-hit op.
Je zou denken dat nummers met zo’n specifieke titel niet te coveren zijn, maar de Dolly Dots bewezen in 1982 het tegendeel. Als je de valse start met Het Vlooiencircus van het Cocktail Trio niet meerekent, was de eerste single die ik op elfjarige leeftijd kocht Do wah diddy diddy van Manfred Mann. Het refrein was zelfs nog iets langer: do wah diddy diddy dum diddy do. Manfred Mann bereikte de zesde plaats in de Top-40, de Dolly Dots kwamen er zelfs mee op vier.
Chirpy chirpy cheep cheep klonk verbazingwekkend vrolijk in een liedje dat gaat over een kind dat door zijn ouders verlaten wordt. Maar zowel de naam van de groep (Middle of the Road) als het muziekgenre (bubblegum), gaven al aan dat we niet te moeilijk moesten doen. Het werd zo’n grote hit dat de groep dacht het met Tweedle dee tweedle dum nog een keer dunnetjes over te kunnen doen. Na al die jaren herinner ik me vooral de hotpants van zangeres en de wijkende haargrens van de drummer.
Het pseudo-italiaanse Tutti frutti klinkt als titel al veelbelovend, maar Little Richard maakte in 1955 het lied onsterfelijk door het nooit meer te overtreffen intro a-wop-bop-a-loo-bop-a-lop-bam-boom. Ik was twee jaar oud en de rock ‘n’ roll werd geboren. En wat te denken van Gene Vincent’s be-bop-a-lula of da-do-ron-ron van de Crystals?
Het shoop shoop van Cher haalde in 1991 wel de film Mermaids, maar niet het refrein van de song It’s in his kiss. De broers Hanson deden dat zes jaar later een stuk beter met hun MMMBop en kwamen met één van de mooiste herhalingen uit de popmuziek: mmmbop, ba duba dop, ba du bop, ba duba dop, ba du bop, ba duba dop, ba du, yeah-e-yeah.
Qua lengte en inhoud kan dit refrein zich meten met een persoonlijke favoriet van mij, het ruim vijfentwintig seconden durende la-la-la-la-la uit Don’t you (forget about me) van de Simple Minds. Mooier wordt la-la-la niet, en ik meen dat echt.
Even terugkomend op het yeah-e-yeah van Hanson: van de Beatles zijn het beep beep ‘m beep beep yeah uit Drive my car en het goo goo goo joob uit I am the walrus natuurlijk onmiddellijk herkenbaar, maar beide songs hebben niet de status van She loves you bereikt. De drie hier aan het refrein toegevoegde woorden zijn voor altijd verbonden met de Fab Four: yeah yeah yeah! Dat is de Rolling Stones met hun Doo Doo Doo Doo Doo (Heartbreaker) of de Police met De do do do, de da da da toch mooi niet gelukt.
Om van signaalwoorden via kwinkslagen terecht te komen bij inhoudsloze fantasiewoorden is dus niet zo moeilijk. Als eerbetoon aan dit verlate muzikale dadaïsme eindig ik hier met een fraai inhoudsloos lied, waarvan ik de titel zonder voorbeeld niet eens kan schrijven, laat staan uitspreken.
Adriano Celantano had in 1972 een bescheiden hit met Prisencolinensinainciusol. Ook zijn tekst noemt geen doel of middel, geen oorzaak of gevolg, geen opsomming of tegenstelling niet eens een samenvatting of conclusie. Het zijn woorden zonder woorden, maar dat liedje is dan weer van De Kast. Uit 1998.
#WOT betekent Write on Thursday. Iedere donderdag publiceert alimolenaar.nl een woord waar je over mee kunt schrijven. Je kunt op ieder moment instappen.
Weet je al die refreinen van de liederen die je beschrijft zo uit je hoofd of moet je dat nog ff nakijken?
Dag Nel, de meeste zitten wel in mijn hoofd, ik controleer wel altijd even. En als je bezig bent, roept de ene herinnering vaak de andere op.