#WOT 49: Sinterklaas

04. Markettenweg

     0

Het was als een scène uit De komst van Joachim Stiller, het magisch realistische boek van Hubert Lampo dat het jaar daarop zou verschijnen, en dat ik pas tien jaar later las. Sinterklaas bestaat niet, zei de oudere jongen vanuit het niets tegen mij, met zijn fiets in de hand. Vòòr dit moment, waarin wij samen stonden te wachten bij de spoorwegovergang op de Dubbeldamseweg in Dordrecht, had ik hem nog nooit gezien en ik ben hem later ook nooit meer tegengekomen.

Natuurlijk overviel zijn mededeling mij en ik stribbelde tegen, terwijl ik me tegelijkertijd afvroeg waarom deze onbekende jongen mij dit hier vertelde. Het zijn je ouders, zei de jongen beslist. Dat kon niet waar zijn, want zij waren gisteravond beiden in de kamer toen een zwarte handschoen strooigoed naar binnen gooide en er even later een juten zak met cadeautjes in de gang stond. Ik vertelde er maar niet bij dat ik een paar dagen geleden, toen ik in de avondschemer bij mijn vriendje vandaan naar huis liep, onderweg Zwarte Piet hoog op een dak had zien staan. Ik had niet het idee dat ik hem met deze waarneming kon overtuigen.

De spoorwegbomen gingen open, de jongen stapte op zijn fiets en reed voorgoed weg. En ik zocht naar meer argumenten om zijn boodschap te weerleggen, want ik wilde zo graag geloven. Sinterklaas had iets magisch, een eeuwenoude man die toch maar bleef leven terwijl mijn oma al overleden was. Een bisschop die wonderen verricht had, en die nog steeds op wonderbaarlijke wijze van ieder kind wist of het braaf was geweest en welk cadeau het wilde krijgen. Schoorsteen of niet, de wortels of de oude hompen brood voor het paard waren de volgende ochtend toch altijd uit onze schoenen verdwenen? Ik had mijn ouders die nog nooit zien opeten.


Sinterklaas ~ 1) Bisschop van Myra 2) Feest op vijf december 3) Goedheiligman 4) Kindervriend


Maar de twijfel was mijn leven binnengestapt. Had ik Zwarte Piet wel op dat dak gezien? Was die handschoen niet gewoon de buurman geweest, zoals de onbekende fietser gesuggereerd had? Hoeveel wortels at dat paard in één nacht, als hij al die huizen langs moest? Waarom droeg Sinterklaas soms een bril, en soms ook niet? Maar het was net zo moeilijk de twijfel binnen te laten als deze te negeren, want dan hadden mijn ouders mij doelbewust voorgelogen, dan hadden ze mij voor de gek gehouden.

Als Sinterklaas echt niet bestond, hielp de blasiuszegen dan wel tegen keelaandoeningen? En wat waren de heiligen uit de zondagse geloofsbelijdenis dan nog waard? Kon ik mijn vader en moeder nog wel eren, als ik toeliet dat Sinterklaas niet bestond? Was levertraan dan nog steeds goed voor mij? Zat er in spinazie echt ijzer? Was Mahatma Ghandi ook bang in het donker, zoals mijn vader beweerde om mij gerust te stellen?

Het jaar daarop heb ik geprobeerd het Sinterklaasfeest als een agnost te beleven, maar het ging niet meer. Niemand van mijn klasgenoten geloofde nog, zelfs mijn jongere zusje had minder moeite met de waarheid dan ik. Het fundament van mijn levensmotto Niets is wat het lijkt was stevig gelegd, iets waar Zwarte Piet jaren later ook nog last van zou krijgen.

Maar de magie keerde in mijn leven terug en kwam ditmaal niet uit Spanje, maar uit Engeland. Uit Liverpool, om precies te zijn. Sinterklaas, mijn vader dus, bracht ons dat jaar een platenspeler en mijn oudste broer en ik kochten platen. Van de Beatles natuurlijk, daar was vanaf She loves you en I want to hold you hand  geen enkele twijfel over mogelijk. En waar Sinterklaas jaarlijks maar een kleine maand hoop en verwachting had gebracht, gingen de Beatles hier de komende jaren acht dagen per week voor zorgen.

I feel fine was mijn eerste single, Beatles for Sale de eerste elpee van mijn broer en mijn vader grapte dat wij in aanbidding voor het Beatles-altaar lagen. Ik ging naar de middelbare school en zag in een Rotterdamse bioscoop de film Help!, bij het verschijnen van de elpee Rubber Soul hing de tekenleraar de school vol tekeningen, gebaseerd op de titels van de songs. Bij Run for your life sprintte een konijn de school uit, niet ver buiten de waarheid.

Op Revolver werd het verschil tussen de songs van John Lennon en Paul McCartney nog duidelijker en Lennon werd mijn psychedelische held. Ik absorbeerde de surrealistische teksten van Tomorrow never knows en later van I am the Walrus en Lucy in the sky with diamonds en met viltstiften tekende ik in zes kleuren mijn eigen Magical Mystery Tour. De animatiefilm Yellow Submarine deed daar nog een schepje bovenop en ik was dat jaar meer in Pepperland te vinden dan in het klaslokaal.

Het einde van de Beatles kwam eerder dan mijn einddiploma. Op The White Album waren de eerste scheurtjes al hoorbaar en hoewel Abbey Road achteraf nog een mooie opleving was, was het met Let it be echt voorbij. Op de hoesfoto keek alleen George Harrison nog vrolijk, thuis en op school was het lachen mij ook al lang vergaan.

De magie, die ik zo hard nodig had, was voorbij en zelfs ook maar proberen te ontkennen was ditmaal onmogelijk. John Lennon zong het immers zelf: Yesterday I was the dream weaver, but now I am reborn. I was the Walrus, but now I ‘m John. And so, dear friends, you just have to carry on. The dream is over.

Eind volgend jaar zal het zelfs veertig jaar geleden zijn dat John Lennon werd vermoord, en afgelopen week wist ik even niet wat ik nu het meeste mis: mijn geloof in Sinterklaas of de dromen van John Lennon.

 

Bovenstaande tekst komt uit het nummer ´God´ van John Lennon, dat terug te vinden is op de elpee ´John Lennon/Plastic Ono Band´ uit 1970. 

WOT betekent Write on Thursday. Iedere donderdag verschijnt er een woord waarover je iets kunt schrijven, vloggen of ploggen. Laat  bij Martha een link achter naar je eigen blog.

Print Friendly, PDF & Email

Post-navigatie:




Wat je niet wil missen:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

%d bloggers liken dit: