#WOT 52: Lichtfeest

13. Zilverschoon

     0

Pa, ik moet voor mijn werk naar Hamburg. Je zit toch maar hele dagen thuis, heb je geen zin om mee te gaan?  En zodoende reden we een maand later samen over de Duitse snelweg, in een luxe Zweedse auto, geleased en uitgeleend door één van zijn bazen. Omdat ik al vermoedde dat zoonlief het complete werk van Metallica en de Kings of Leon bij zich zou hebben, had ik als tegenmaatregel zelf ook wat cd’s meegenomen. Dat was nog best een lastige keuze, want onze muzikale voorkeuren komen nauwelijks overeen. Alles uit de jaren zestig en zeventig is voor hem per definitie ouwe meuk, waarmee driekwart van mijn verzameling dus al gediskwalificeerd is. John Mayer was een gemakkelijke keuze, want die cd had hij mij zelf voor Vaderdag gegeven, en ik kon hem regelmatig op zijn zolderkamer terugvinden. UB40 is in ons gezin ongeveer de publiekslieveling, dus deze aanstekelijke reggae mocht ook mee. En toen viel mijn oog op de cd van Kraftwerk. Zou ik …? Teveel voor de hand liggend? Toch doen?

Terwijl zoonlief ons laat ervaren hoe het is om met 200 kilometer per uur over de Duitse snelweg te razen, klinkt uit het voortreffelijke audiosysteem: Wir fahr’n fahr’n fahr’n auf der Autobahn … Vader en zoon zitten vandaag in hun eigen road movie en ons reisdoel lijkt ineens niet meer zo ver weg. Het is eind november en het is al bijna donker, als wij in het centrum van Hamburg zoeken naar het hotel, waar we die nacht slapen. Het blijkt tegenover het station te liggen, makkelijk te vinden, maar lastig parkeren: geen parkeergarage, alleen meters. Tot acht uur ’s avonds moeten er ieder uur een paar euro in, daarna hebben is het tot de volgende morgen zeven uur vrij parkeren. Zeven uur, da’s geen probleem, want de klus vangt de volgende ochtend al om halfzeven aan. En daar sta ik dan in het centrum van Hamburg, met mijn fototoestel op mijn buik en een beker koffie in de hand. Tot vanmiddag pa, veel plezier! Zoonlief gaat aan de slag en ik loop door de schemerige straten, waar nog geen winkel open is, maar waar schoonmakers en koeriersdiensten een nieuwe dag vol kerstinkopen voorbereiden.


Lichtfeest ~ viering van de terugkeer van het licht


Opeens is hij daar: de grootste kerstboom, die ik ooit zag, prachtig verlicht. Mij lukt het thuis niet eens om in een boom van anderhalve meter de lichtjes zó gelijkmatig te verdelen, dit lichtfeest is letterlijk Deutsche Gründlichkeit ten top.  Op het Hamburger stadhuisplein is dan ook een kerstmarkt, en de nog lege winkelstraten lijken allemaal op deze markt uit te komen. Maar ook hier is nog weinig vertier, want de kramen gaan pas om tien uur open. Ik moet nog even geduld hebben en doodt mijn tijd door foto’s te maken van het gevecht tussen de opkomende zon en de hardnekkige ochtendnevel.

Twee uur later keer ik weer terug naar het plein, waar de kraampjes inmiddels open zijn, en ik kan de kerstboom nu in daglicht zien. Tenminste, dat dacht ik, maar hoe dichter ik de kerstboom nader, des te minder boom ik zie. De fraaie, hoge, evenwichtig verlichte boom blijkt een metalen staketsel te zijn, met honderden lichtsnoeren eraan. Ja, zo kan ik het ook. Mijn ongelijkmatig versierde kerstboom thuis kan in ieder geval het daglicht wel verdragen.

De wereld van kerstmarkten is duidelijk nieuw voor mij, ik kijk mijn ogen uit en weet niet zeker of ik al deze edelkitsch nu mooi moet vinden of niet. Kerstballen, ja, daar houd ik wèl van en ik heb nog nooit zulke mooie gezien. Maar om nu €8,90 per kerstbal uit te geven, daar ben ik toch te veel Hollander voor. Mijn oog valt vervolgens op een kerststalletje, en mijn hart wordt warm. Een kerststalletje, hoe lang zou het geleden zijn dat ik er één zag? Vroeger het hoogtepunt van de kerstdagen: de stal werd van de vliering gehaald, er kwamen lichtjes omheen en de kerstgroep werd uit het krantenpapier gehaald. De drie koningen, met kameel, stonden helemaal in de hoek, want hun tijd kwam pas op 6 januari. De kerstengel hoorde aan de nok van het stalletje, maar hing daar niet helemaal stabiel. Dus haalde mijn vader een schilderijtje van de muur en gebruikte de vrijgekomen spijker om hem aan op te hangen. Want niemand wil met kerst een gevallen engel.

Dat stalletje is na jaren trouwe dienst ingestort, ergens halverwege de jaren zeventig; de kerstgroep heeft bij mijn ouders nog heel lang dakloos onder de kerstboom gestaan. Bij het leegruimen van de ouderlijke woning heb ik me over de beeldjes ontfermd. Even speel ik met de gedachte om op deze markt een kerststal te kopen, om aan een bijna Bijbels beeld van eenzaamheid een einde te maken.

Een kerstgroep zonder stal, kan het triester? Dan was Jezus toch beter af.

 

#WOT: betekent Write on Thursday. Iedere donderdag verschijnt er een woord waarover je iets kunt schrijven, vloggen of ploggen. Laat een link achter naar je eigen blog onder het woord van die week zodat iedereen mee kan lezen.

De #WOT is bedacht door Karin Ramaker. Daarna is het overgenomen door Irene van Putten, vervolgens door Hendrik-Jan de Wit en nu dus door Martha Pelkman.

 

Print Friendly, PDF & Email

Post-navigatie:




Wat je niet wil missen:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

%d bloggers liken dit: